In een recente zaak bij de rechtbank Overijssel (december 2014)  was aan de orde of de door de werkgever gevraagde ontbinding moest worden toegewezen en zo ja of een ontbindingsvergoeding toewijsbaar was.

Tussen werkneemster en de leidinggevende was een verstoorde arbeidsverhouding ontstaan. Zo heeft de werkneemster aan haar leidinggevende een verwijt gemaakt dat zij zich niet heeft kunnen verweren tegen beschuldigingen in verband met haar integriteit. In een gesprek daarover is volgens de werkneemster direct over een disciplinaire maatregel gesproken, hetgeen de leidinggevende betwist. De kantonrechter oordeelde dat tegen de achtergrond van de over en weer gemaakte verwijten de arbeidsovereenkomst ontbonden kon worden.

De vraag was welke vergoeding daarbij past gelet op de omstandigheden van het geval. Daarbij heeft de kantonrechter aangegeven dat de ronduit weerspannige opstelling van de werkneemster haar moest worden aangerekend omdat zij onterecht de leidinggevende als een haar bedreigende tegenstander heeft beschouwd en werd een relatief lage ontbindingsvergoeding toegekend. Zo kan de opstelling van een werknemer jegens een leidinggevende bijzonder nadelig uitwerken.

Lars Hoksbergen is specialist arbeidsrecht. Voor vragen over ontslagrecht kunt u hem bellen op 038-8504161.