Bijstanduitkering

Bijstanduitkering: terugwerkende kracht

In een recente zaak bij de Centrale Raad van Beroep was aan de orde of bijstand met terugwerkende kracht kan worden verleend. Appellant had de aanvraag op 22 november 2012 aangevraagd met als gewenste ingangsdatum 17 oktober 2012. De gemeente liet de bijstand ingaan op 19 november 2012. De gemeente voerde daarvoor aan dat appellant zich op 19 november 2012 tot de gemeente had gewend met het verzoek om bijstand en er geen bijzondere omstandigheden waren om terugwerkende kracht toe te kennen.

Appellant voerde aan dat hij sinds 17 oktober 2012 bezig was met de aanvraag en dat de gemeente hem bij de aanvraag verkeerd heeft voorgelicht. De Raad oordeelt dat volgens vaste rechtspraak in beginsel geen recht op bijstand bestaat over een periode voorafgaand aan de datum waarop de betrokkene zich heeft gemeld om bijstand aan te vragen. Van dit uitgangspunt kan worden afgeweken wanneer bijzondere omstandigheden dit rechtvaardigen. Daarvan kan bijvoorbeeld sprake zijn als betrokkene al eerder een aanvraag heeft ingediend of betrokkene op enigerlei wijze actie richting de gemeente heeft ondernomen die tot het innemen van een aanvraag had moeten leiden.

De Raad oordeelde dat uit de gedingstukken niet blijkt dat appellant door onjuiste informatie van de zijde van de gemeente van het doen van een aanvraag is afgehouden dan wel dat aan hem onjuiste informatie is verstrekt. Op de website van de gemeente stond immers ook hoe de aanvraag kon worden gedaan. De stelling van appellante dat deze informatie pas op de website is geplaatst toen hij zijn bezwaar heeft ingediend, is door appellant niet onderbouwd. De bijstanduitkering werd daarom niet met terugwerkende kracht verleend.

This entry was posted in Geen categorie. Bookmark the permalink.