Arbeidsrecht

Arbeidsrecht: hoogte ontbindingsvergoeding

De rechtbank Limburg heeft in maart 2015 een uitspraak gedaan in een zaak waar de werkgever ontbinding van de arbeidsovereenkomst heeft gevraagd. De werknemer voerde verweer. De kantonrechter was van oordeel dat de arbeidsverhouding dusdanig verstoord is geraakt, dat een zinvolle samenwerking niet langer mogelijk was. De vraag was vervolgens welke vergoeding de werknemer toekwam.

De werkgever heeft aangevoerd dat sprake was van een dienstverband van 20 uur per week. De werknemer voerde aan dat structureel (vele jaren) 30 uur per week werd gewerkt. Een jaar voorafgaand aan het geschil hebben partijen een nieuwe arbeidsovereenkomst getekend met daarin wederom een dienstverband van 20 uren. Ook nadien werkte de werknemer structureel 30 uur per week. Daarom was de kantonrechter van oordeel dat uitgegaan moet worden van een dienstverband van 30 uur, waardoor de ontbindingsvergoeding hoger was dan de werkgever had aangevoerd. Het stuctureel meer werken dan de overeengekomen werkuren kan betekenen dat een kantonrechter een hogere ontbindingsvergoeding oplegt.

Lars Hoksbergen is advocaat te Zwolle en gespecialiseerd in arbeidsrecht. Voor vragen over ontslagrecht kunt u hem bellen: 038-8504161.

Posted in Arbeidsrecht | Tagged | 1 Comment

Erfrecht; erfenis tijdens huwelijk verkregen

Erfenis onder uitsluitingsclausule verkregen

In een zaak bij de rechtbank Noord-Nederland (uitspraak februari 2015) was onder meer aan de orde of bij de verdeling van een huwelijkse gemeenschap een vergoedingsrecht op de gemeenschap bestond. De betreffende eiser had immers van zijn vader en later van zijn moeder gelden gekregen via een erfenis en deze gelden zijn door de notaris op de en/of rekening van partijen gestort. De vrouw heeft de vordering van de man betwist en stelde dat de gelden in de gemeenschap zijn gevallen, mede vanwege consumptieve uitgaven, waardoor geen vergoedingsrecht bestaat.

De rechtbank oordeelde dat indien een erfenis wordt verkregen onder een uitsluitingsclausule op een gezamenlijke rekening wordt gestort en niet wordt aangetoond dat het geld aan het privévermogen van de erfgenaam ten goede is gekomen en de gelden van de gezamenlijke rekening worden besteed aan uitgaven ten behoeve van de gemeeschap, geldt de hoofdregel dat de erfgenaam een vergoedingsrecht op de gemeenschap heeft. Hierbij geldt dat in de wet niet de voorwaarde wordt gesteld dat partijen uitdrukkelijk zijn overeengekomen dat een vergoedingsrecht ontstaat ten tijde van de besteding van het geld. Er is beginsel een vergoedingsrecht ongeacht de aard van de bestedingen, ongeacht of partijen uitdrukkelijk zijn overeengekomen dat een vergoedingsrecht ontstaat. Kortom, de aanspraak blijft bestaan ook als de gelden zijn aangewend voor een gemeenschappelijke besteding.

Lars Hoksbergen is advocaat te Zwolle. Voor rechtsbijstand in erfrecht zaken kunt u hem bellen; 038-8504161.

 

Posted in Erfrecht | Leave a comment

Arbeidsrecht: onregelmatige opzegging

Einde arbeidsovereenkomst: onregelmatige opzegging

Het gerechthof ‘s-Hertogenbosch heeft in april 2015 uitspraak gedaan in een arbeidszaak over onregelmatige opzegging. De werknemer was eerst op grond van bepaalde tijd contracten bij de werkgever in dienst. Op enig moment heeft de werkgever aan de werknemer gezegd dat een verlenging van het contract er niet in zat, waarbij van belang was dat een ontslagvergunning niet door de werkgever was gevraagd. De werknemer stemde in met het einde van de arbeidsovereenkomst (zodoende zonder de vernietigbaarheid van het ontslag in te roepen), maar stelde dat sprake was van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en dat de werkgever niet de juiste opzegtermijn had gehanteerd, waardoor de werknemer op grond van onregelmatige opzegging (niet in achtneming van de opzegtermijn) recht had op een maand loon. De kantonrechter stelde de werknemer in het gelijk.

Het hof stelde vast dat de werknemer de vernietigbaarheid van het gegeven ontslag niet had ingeroepen en bij brief later had ingestemd met het ontslag. De werknemer deed aanvullend een beroep op handelen door de werkgever in strijd met goed werkgeverschap omdat de opzegtermijn niet in acht was genomen. In de procedure erkende de werkgever dat sprake was van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en voorts dat dus tijdig was opgezegd. De werkgever had volgens het hof de juiste opzegtermijn gehanteerd. De werknemer had immers de (schriftelijke) opzegging door de werknemer geaccepteerd en geen beroep gedaan op de vernietigbaarheid van de opzegging. In deze situatie was volgens het hof geen sprake van stijdig handelen met goed werkgeverschap. Daardoor maakte de werknemer een verkeerde keuze wat betreft de grondslag van zijn vordering en werd zijn vordering afgewezen.

Lars Hoksbergen is advocaat arbeidsrecht te Zwolle. Voor vragen over ontslagrecht kunt u hem bellen: 038-8504161.

Posted in Arbeidsrecht | Leave a comment

Arbeidsrecht: ontslag op staande voet

Ontslag op staande voet: disfunctioneren

Recent heeft de rechtbank Limburg een uitspraak gedaan over een ontslag op staande voet situatie waarbij disfunctioneren door de werknemer was aangevoerd.  De werkgever heeft de werknemer ontslag op staande voet gegeven omdat sprake zou zijn van disfunctioneren. De werknemer was op meerdere punten eerder door de werkgever schriftelijk gewaarschuwd. De werknemer heeft zich tegen het onslag verweerd en heeft een loonvordering bij de kantonrechter ingediend.

Op de eerdere schriftelijke waarschuwingen door de werkgever heeft de werknemer steeds schriftelijke gereageerd. Ook in de procedure heeft de werknemer de door de werkgever genoemde punten van kritiek inhoudelijk betwist. De werkgever heeft daartegen geen nadere onderbouwing gegeven. Van de aan de werknemer gemaakte verwijten bleef weinig over. De kantonrechter oordeelde dat de werkgever haar stellingen onvoldoende heeft onderbouwd, reden om het ontslag op staande voet niet in stand te houden. Daar kwam volgens de kantonrechter bij dat van een aantal verwijten en de daaaraan ten grondslag  gestelde feiten al geruime tijd bekend waren voordat het ontslag op staande voet werd gegeven. De kantonrechter oordeelde daarom dat het ontslag op staande voet niet onverwijld was gegeven, hetgeen reden is om aan te nemen dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is. De loonvordering van de werknemer werd toegekend.

Deze uitspraak laat zien dat ontslag op staande voet vanwege disfunctioneren een lastige zaak is. Bovendien moet een dergelijke situatie geen slepende kwestie zijn wat betreft de te maken verwijten. De werkgever treft in een dergelijke situatie immers het verwijt dat het ontslag niet onverwijld is gegeven, waardoor het ontslag op staande voet geen stand houdt.

Lars Hoksbergen is advocaat te Zwolle. U kunt hem bellen voor vragen over arbeidsrecht: 038-8504161.

Posted in Arbeidsrecht | Leave a comment

Arbeidsrecht: ontbinding van arbeidsovereenkomst

ontbinding van arbeidsovereenkomst: ontbindingsvergoeding

De rechtbankLimburg oordeelde in maart 2015 over een arbeidszaak, waarbij de werknemer een verzoek had ingediend om de arbeidsovereenkomst te ontbinden. Daaraan voorafgaand was de verhouding tussen werkgever en werknemer oplopend onder druk komen te staan.

De kantonrechter heeft het verzoek toegekend omdat iedere werknemer vrije arbeidskeuze heeft. Aan de orde was of de werknemer een vergoeding toekwam. In deze zaak was er sprake van een zieke werknemer. De werknemer had gereedschap aan de werkgever uitgeleend. Toen tijdens de periode van ziekte het de werknemer duidelijk werd dat zijn gereedschap niet meer compleet was en vervolgens gereedschap onder zich heeft gehouden, heeft de werkgever bij de politie aangifte gedaan van diefstal. Volgens de kantonrechter heeft deze aangifte bijgedragen aan verdere escalatie. Daar staat tegenover dat de werknemer tijdens zijn re-integratie werkzaamheden bij een derde heeft verricht, terwijl hij voor de werkgever geen werk verrichtte hoewel de werkgever hem daartoe wel in staat heeft gesteld. De werknemer kon niet aantonen dat hij medisch gezien voor de werkgever niet mocht werken en werd hiervan een verwijt gemaakt. De kantonrechter oordeelde dat partijen beide een verwijt kon worden gemaakt en kende de werknemer een ontbindingsvergoeding toe.

Lars Hoksbergen is advocaat te Zwolle. Voor vragen over arbeidsrecht kunt u hem bellen: 038-8504161.

Posted in Arbeidsrecht | Leave a comment

Arbeidsrecht

Ontslag op staande voet; ongeoorloofd privégebruik bedrijfsmiddel

De rechtbank Midden-Nederland oordeelde in maart 2015 over een zaak waar een ontslag op staande voet situatie aan de orde was, waarbij de werknemer ongeoorloofd privégebruik van een bedrijfsmiddel had gemaakt. De werknemer zou ongeoorloofd gebruik hebben gemaakt van een bedrijfsmiddel door het plaatsen van een mifi-box (draadloos wifi modem) bij een familielid. Toen het verbruik (extreem overschrijden van het abonnementslimiet) van deze mifi-box extreem opliep, werd een melding gedaan bij een collega van de werknemer. De werknemer heeft zich toen tot zijn leidinggevende gewend en verteld wat er was gebeurd. Daarna volgde een op non-actiefstelling en ontslag op staande voet van de werknemer. Omdat de werknemer daarmee niet kon instemmen, heeft hij een gerechtelijke procedure gestart. Volgens de werkgever was er sprake van een onherstelbare vertrouwensbreuk.

De kantonrechter oordeelde dat de werknemer toegang had tot het bedrijfsmiddel waar het in deze zaak om ging en dat de werknemer in dat opzicht een vertrouwensfunctie had. De werkgever heeft aangetoond dat de werknemer de van toepassing zijnde bedrijfscode niet had gevolgd. Bovendien stond in de bedrijfscode de sanctie van ontslag op staande voet vermeld en diende de werknemer de sanctie te kennen. Daarnaast was de werkgever niet tevreden over het functioneren van de werknemer in de jaren voorafgaand aan het ontslag op staande voet, waardoor de afweging van wederzijdse belangen niet in het voordeel van de werknemer uitviel.  Het belang van de werkgever om geen werknemers in dienst te hebben in wie zij geen vertrouwen heeft, weegt volgens de kantonrechter zwaarder dan het belang dan de werknemer om zijn baan te behouden. Het door de werkgever gegeven ontslag werd door de kantonrechter geldig geacht.

Lars Hoksbergen is advocaat in Zwolle en gespecialiseerd in arbeidsrecht. Voor vragen/advies over ontslag op staande voet kunt u hem bellen: 038-8504161.

Posted in Arbeidsrecht | Tagged | Leave a comment

Arbeidsrecht: concurrentiebeding

Concurrentiebeding: schorsing

Het Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch oordeelde in maart 2015 over een concurrentiebeding. In eerste instantie had de kantonrechter het concurrentiebeding geschorst. De werknemer was bij een concurrent van de werkgever in dienst getreden en vroeg aan de kantonrechter om het concurrentiebeding te schorsen. In hoger beroep kwam de schorsing weer aan de orde. De werkgever stelde zich op het standpunt dat het concurrentiebeding geldig kan worden ingeroepen omdat de werknemer bekend zou zijn geweest met innovatieve oplossingen van een nieuwe machine van de werkgever. Met het concurrentiebeding probeerde de werkgever te bereiken dat de werknemer de opgedane kennis en ervaring niet ten behoeve van de nieuwe werkgever/concurrent kon inzetten.

De werknemer voerde verweer en stelde onder meer dat hij alleen de installatie en reparatie aan de machine deed en niet betrokken was geweest bij de ontwikkeling of bij innovatieve oplossingen. Ook heeft de werknemer een basistraining voor de nieuwe machine gevolgd en dit was niet nodig geweest als hij bij de ontwikkeling was betrokken. Daarom stond de stelling van de werkgever niet vast dat haar belang was gelegen in bescherming van  innovatieve oplossingen met betrekking tot deze nieuwe machine. De hof oordeelde dat het niet aannemelijk is dat het concurrentiebeding de bedrijfsbelangen van de werkgever dient, zodat de kantonrechter terecht de werking van het concurrentiebeding heeft geschorst. De werknemer kan voor de nieuwe werkgever werkzaamheden blijven verrichten.

Lars Hoksbergen is advocaat arbeidsrecht in Zwolle. Voor vragen over een concurrentiebeding kunt u hem bellen: 038-8504161.

Posted in Arbeidsrecht | Leave a comment

Arbeidsrecht: proeftijdbeding

Proeftijdbeding: beëindiging binnen proeftijd vanwege disfunctioneren

In april 2015 heeft de rechtbank Rotterdam een uitspraak gedaan over een proeftijdbding. In deze zaak was de werknemer via de werkgever werkzaam voor een project en dit project ging later over op een andere onderneming. De werknemer ging voor deze nieuwe ondernemng werken en kreeg een arbeidsovereenkomst met een proeftijdbeding. De nieuwe werkgever heeft de arbeidsovereenkosmt binenn de proeftijd beëindigd vanwege disfunctioneren. De werknemer is het niet eens met het ontslag en eist loon.

De vraag is of het proeftijdbeding rechtsgeldig is. De kantonrechter heeft verwezen naar de van toepassing zijnde CAO, waarin staat dat bij een contractwissel van een schoonmaakproject het niet is toegestaan om in de arbeidsovereenkomst met overgaande werknemers een proeftijdbeding overeen te komen. Als gevolg hiervan is het overeengekomen proeftijdbeding niet rechtsgeldig en heeft de opzegging door de werkgever geen effect. De werknemer heeft daardoor terecht een loonvordering ingesteld.

Lars Hoksbergen is advocaat arbeidsrecht te Zwolle. Voor vragen over proeftijd en ontslag kunt u hem bellen: 038-8504161.

Posted in Arbeidsrecht | Leave a comment

Erfrecht: rechtsmacht Nederlandse rechter

Rechtsmacht Nederlandse rechter niet altijd aan de orde

In een zaak bij de rechtbank Gelderland was aan de orde of de rechter van een geschil tussen partijen kennis mocht nemen. De nalatenschap was opengevallen in België. Omdat het een verzoekschriftprocedure betrof en één van de procespartijen woonplaats in Nederland heeft, komt de Nederlandse rechter volgens het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering rechtsmacht toe.

De volgende vraag was welke rechter in Nederland van het geschil kennis kan nemen. Omdat de laatste woonplaats van de overledene in België is gelegen, komt de rechter in Gelderland (woonplaats verzoekers) geen bevoegdheid toe om de zaak te behandelen. In dat geval (bij gebreke van een bevoegde rechter) is de rechter te ‘s-Gravenhage bevoegd. Dit volgt uit het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Partijen werden in de gelegenheid gesteld om zich over deze procedurele punten uit te laten. Deze uitspraak laat zien dat vragen over rechtsmacht en bevoegdheidvan de rechter niet altijd direct duidelijk zijn. Vooraf informatie inwinnen bij een advocaat erfrecht kan daarbij nuttig zijn.

Lars Hoksbergen is advocaat te Zwolle. Voor rechtsbijstand in erfrecht zaken kunt u hem bellen: 038-8504161.

Posted in Erfrecht | Tagged | Leave a comment

Arbeidsrecht: ontbinding van arbeidsovereenkomst

Verzoek ontbinding arbeidsovereenkomst door werkneemster

De rechtbank Noord-Holland heeft in januari 2015 een uitspraak gedaan in een arbeidszaak waarin de werkneemster een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst indiende omdat volgens haar sprake was van leeftijdonderscheid. De arbeidsplaats van de werkneemster kwam door een reorganisatie te vervallen en vanwege haar leeftijd kwam zij niet in aanmerking voor ‘van werk naar werk’ of ‘direct vertrek’, terwijl jongere werknemers daarvoor wel in aanmerking kwamen. De werkneemster verzocht om de arbeidsovereenkomst te ontbinden met een ontbindingsvergoeding.

De werkgever voerde verweer onder andere met de stelling dat de arbeidsmarktpositie van (boventallig verklaarde) ouderen en jongeren niet gelijk is en bovendien was er geen ongunstigere behandeling van 60+ werknemers. De regeling voor 60+ werknemers zag op inkomensbehoud tot de pensioenleeftijd en als al sprake zou zijn van onderscheid naar leeftijd, dan was dit volgens de werkgever gerechtvaardigd.

De kantonrechter oordeelde dat het beleid van de werkgever een passende regeling geeft en recht doet aan de positie van 60+ werknemers. De werkgever had immers een inkomensgarantie aan 60+ werknemers gegeven tot aan de pensioenleeftijd omdat het voor deze groep werknemers relatief moeilijker is om elders arbeidsinkomen te verwerven. Het onderscheid naar leeftijd was daarom objectief gerechtvaardigd. Het verzoek om de arbeidsoverenekomst te ontbinden werd toegewezen met toekenning van de door de werkgever aan de werkneemster aangeboden ontbindingsvergoeding.

Lars Hoksbergen is advocaat te Zwolle en gespecialiseerd in arbeidsrecht. Voor vragen over arbeidsrecht kunt u hem bellen: 038-8504161.

Posted in Arbeidsrecht | Leave a comment